|
Boven het register staat een begeleidende tekst
die ook aan de orde komt in Amduat 1e
uur. Het is het begin van de begeleidende tekst van het
middenregister. Dit gedeelte is evenals deze begeleidende tekst in
het rood opgeschreven. In de Amduat zijn
de begeleidende teksten die extra informatie geven over de
afbeeldingen in het rood geschreven. ook in de apentabellen is
hiervan sprake.
Toen Georg Steindorff in 1938 zijn artikel
schreef, nam hij niet de moeite de tekst te behandelen omdat hij
dacht dat de tekst 'bedorven' was, d.w.z. door elkaar stond en
onsamenhangend was weergegeven. Hij baseerde deze uitspraak op de
publicatie van P. Bucher over de teksten van de Amduat (1932).
Bucher heeft hierin desbetreffende zinnen opgenomen waarbij de
volgorde wel enigszins klopt maar de hiërogliefen in spiegelbeeld
staan. Dit omdat de hiërogliefen in de horizontale teksten in
tegengestelde richting staan. Normaal is de regel dat een
hiërogliefentekst begint aan de kant waarnaar de
hiërogliefentekens van mens of dier, kijken. Zoals duidelijk te
zien is, kijken de uilhiërogliefen ()
naar rechts. In zo'n geval zou de tekst dus van rechts naar links
moeten worden gelezen. In de Amduat gaat deze regel om
onverklaarbare reden niet op en moeten de teksten van links naar
rechts worden gelezen, met de richting mee, waarin de zonnebark
reist. Bucher heeft waarschijnlijk, om de tekst toch goed leesbaar
te maken, de hiërogliefen omgedraaid zodat de hiërogliefen
andersom staan en niet meer lijken op de oorspronkelijke
hiëroglyfenteksten. Door deze notatie lijkt de tekst inderdaad van
geen kanten op dat van de westwand van de grafkamer. Een mogelijke
oorzaak voor het feit dat de hiërogliefen zijn omgedraaid zou
kunnen liggen in het feit dat de oude Egyptenaren soms, om het
mysterieuze karakter van teksten te verhogen, de kolommen tekst in
omgekeerde volgorde schreven: de zogenaamde 'retrograde inscriptions'.1
Om een betere vergelijking mogelijk te maken
worden hieronder achtereenvolgens het begin van de
hiërogliefentekst uit het graf van Thoetmoses III weergegeven samen
met dat van Toetanchamon.
In het graf van Thoetmoses III:
Maati, trekken deze god in de zonnebark, die in de
poort van deze stad vaart.
M', 't.tj 'st; pn nt r m s kt.wj gkd-nw m 'r.wj jt
nt nt tn
Maati,trekken deze god,in,de zonnebark,varen,in,de
poort,die,stad,deze.
In het graf van Toetanchamon op de westwand:
Maati, trekken deze in de zonnebark varende god,
die in de poort van deze stad trekt.
m;'t.tj m st; pn ntr skt.wj skd-nw m tt 'r.wj jt
nt nt tn
Maati,in,trekken deze god,de zonne-bark,vare.n,in,trekt,de
poort,stad,die,deze.
Volgens de vertaling van Erik Hornung uit 1972 is
de vertaling van de zin van Thoetmoses III correct. Als we de
teksten vergelijken, zien we dat ze grote gelijkenissen vertonen. In
het tweede gedeelte van Toetanchamon's zin is het werkwoord
"trekken" toegevoegd en zijn de rietpluimen ()
aan de verkeerde kant geplaatst en is het bijbehorende determinatief
() bij
het woord "poort" te ver naar achteren geplaatst.
Rechtsboven op de westwand bevinden zich in een
kader vijf goden. Ze behoren tot de normale bemanning van de zonnebark
gedurende de uren van de nacht, behalve Maat, de meest
rechtse godin. Hieronder de namen van de goden en godinnen van
rechts naar links, samen met de hiërogliefen, transcriptie en
vertaling:
1 |
|
m;'t |
Maat |
De godin van gerechtigheid en
orde. Zij staat sinds het Oude Rijk Osiris terzijde tijdens
het laatste oordeel van de doden. |
2 |
|
nb.t wj; |
|
"Heerseres Van de
zonnebark", Hathor, huis van Horus, de godin van het
Westen. |
3 |
|
hr |
Horus |
De zoon van Osiris en 'vader' der
farao’s. |
4 |
|
k;sju |
Kashu |
Leider van de zonnebark, vaak aan
het roer van de zonnebark. |
5 |
|
nhs |
Nehes |
De 'uitkijk'-god op de nachtbark. |
Boven de figuren van de nachtboot staan de namen
in hiërogliefenschrift:
=
Wsir = Osiris
=
hpr = Chepri, scarabee
Om weer een vergelijking te kunnen maken met het
tekstgedeelte van de Amduat uit het graf van Thoetmoses III, volgt
hieronder dit tekstgedeelte en volgt hierna het gedeelte op de
westwand boven de 'Chepri-boot'.
In het graf van Thoetmoses III:
Poort, doorwelke deze god als ram trekt.
'r.wj jt 'p tt ntr pn hr sn m sr
poort,trekt,god,de.ze,door,welke,als,ram
In het graf van Toetanchamon op de westwand:
Door welke deze god als ram trekt.
'p tn ntr hr pn m sn sr
trekt,deze,god,door*,deze,als,welke,ram
Ook hier is de overeenkomst duidelijk. De volgorde
van de woorden is weer iets anders en het woordje 'deze' komt twee
keer voor. 'Poort' ontbreekt, waarschijnlijk doordat de papyrus
waarvan hij werd nagetekend beschadigd was. In de versie van
Amenhotep II was dit ook het geval. In plaats van 'poort' staat er
in hiërogliefen; "beschadigd aangetroffen". Bij
Toetanchamon is de ruimte open gelaten. Het woordje 'door' (*), is
ook als 'gelaat' te vertalen, wat de vertaling: "Zij trekken
deze god met dit ramsgelaat" kan geven.
De namen van de goden staan in het rood en zwart
in de vakken geschreven, rechts naast hun beeltenis, de baviaan. De
zwartgeschreven namen hebben waarschijnlijk een oudere oorsprong en
bevatten minder vaak hiërogliefen die door enkele lettertekens zijn
te vertalen. Ze stammen nog uit de tijd dat het hiërogliefenschrift
nog geen soort klankschrift was maar een begrippenschrift, waarbij
de hiërogliefen een soort van rebussen waren en meer de betekenis
van hun beeltenis hadden. Later is het hiërogliefenschrift
uitgegroeid tot een klankschrift en krijgen de hiërogliefen een
letter d.w.z. een klankbetekenis. De rode naam is vaak van jongere
datum en fungeert zo vaak als uitleg c.q. verklaring van het soms
oudere schrift. Zo fungeert het rode schrift evenals op andere
plaatsen in de Amduat als verklarende tekst. Hieronder hun namen, in
tabelvorm met de transcriptie, gevolgd door de eventuele Egyptische
uitspraak, van elkaar gescheiden door een streepje. Daaronder de
betekenis (volgens E. Hornung).
ht.tj - Hat
Baviaan |
hkn.mbsf
Die prijst met z'n vlam |
bntj - Benti
Baviaan |
obt; - Ibta
Hart (verstand, van het land |
p;ttj - Patsj
Krijser |
ib;w - Ibaoe
De danser |
ifi - Ifi
Die toejuicht |
ibibt; - Ibibta
Lieveling van het land |
bsj - Bsi
Vlammende |
(geen naam door nis) |
dhdh - Dehdeh
Beschermgod Osiris |
iknw.j - Iken
Prijzende |
______________
- A.J. Spencer, Death in Ancient Egypt (Middlesex
1982) pag. 154
|