 |
Met
de 18e dynastie begon een periode in de Egyptische geschiedenis die
aangeduid wordt met het Nieuwe Rijk. Nadat de Hyksos meer dan twee
eeuwen hadden geregeerd, brak weer een periode van culturele bloei
en van geweldige krijgstochten aan. Thoetmoses I was de farao die
het machtsgebied van Egypte sterk uitbreidde. Hij was ook de eerste
farao die een rotsgraf koos op de linkeroever van de Nijl in het
onherbergzame gebied boven Thebe, nu bekend als het Dal der
Koningen. Thoetmoses III was de grootste veldheer die Egypte ooit
gekend heeft. Hij bevestigde de heerschappij van de Eufraat in het
noorden tot aan de vierde cataract in het zuiden. De
veroveringspolitiek werd voortgezet door zijn zoon en kleinzoon
Amenhotep II en Thoetmoses IV.
Uit alle landen van de oude wereld stroomden de
rijkdommen naar Egypte in de schatkisten van de grote Amon-tempels.
terwijl de rijkdom toenam kwam een groot deel hiervan in handen van
de priesterstand, die één van de meest welgestelde klassen werd.
Het priesterschap werd nu ook een erfelijk beroep. De hoge priester
van Amon fungeerde als plaatsvervanger van de koning. De macht van
de priesterklasse nam steeds meer toe en vormde een bedreiging voor
de farao zelf, vooral als de centrale regering zwak was en de farao
niet ambitieus.
Amenhotep III was de laatste grote farao van de
18e dynastie. In tegenstelling tot zijn voorgangers hield hij geen
uitgebreide veldtochten. er heerste rust en voorspoed in het
Egyptische Rijk. Zijn zonen Echnaton, Semenchkara en Toetanchamon
volgden hem op. Amenhotep IV, beter bekend als Echnaton was een
dromer en hield van het familieleven. Hij interesseerde zich meer
voor filosofie en theologie dan voorveroveringen en
staatsaangelegenheden. Echnaton wilde een einde maken aan het
veelgodendom van de Egyptenaren. De priesters hadden alle reden om
dit te voorkomen want de vele goden hadden ieder rijke tempel en
priesters. de machtigste priesterhierarchie was die van Thebe, de
priesters van Amon-Re. Echnaton vereerde de zonnegod Aton, die zijn
oorsprong kent in de periode van Thoetmoses IV.
Echnaton was niet alleen een godsdienstig
hervormer. Hij wilde ook de kunst veranderen. In het Oude Rijk waren
de beeltenissen zeer naturalistisch. Ze dienden zoveel mogelijk op
het origineel te lijken. In de periode erna werd de 'naam'
belangrijk. De beeltenissen kregen strakke lijnen en regelmaat. De
beelden uit het Nieuwe Rijk hoefden helemaal niet meer te lijken. De
naam was voldoende, zodat men het beeld kon 'stelen' door de
oorspronkelijke naam weg te hakken en de eigen naam ervoor in de
plaats te zetten, wat ook regelmatig is gebeurd in die periode.

Echnaton wilde wat anders. Hij wilde geen magische
statische beelden; hij wilde meer realiteit, warmte. Hij heeft zich
veel laten afbeelden in de harmonie van zijn familie. Het realisme
van de kunstrichting is ook duidelijk herkenbaar in afbeeldingen van
de farao zelf. Nog nooit is een farao zo meedogenloos goed gelijkend
afgebeeld. Soms lijkt het of de kunstenaars opzettelijk hebben
overdreven. De koning werd afgebeeld met een lang gezicht,
afhangende schouders, kwabbige borsten, een uitpuilende buik, en
dunne benen. Ook bij de opvolgers van Echnaton, Semenchkara, die
maar kort regeerde, en Toetanchamon, is deze manier van afbeelden
nog duidelijk aanwezig. Pas na de regeringsperiode van Toetanchamon
is duidelijk de herinvoering van de oude tradities zichtbaar en werd
teruggekeerd naar de meer stilistische manier van afbeelden.
Binnenlandse spanningen namen toe, samen met de
dreiging van het buitenland. Toen Echnaton stierf, hadden de oude
aanhangers van het oude meergodengeloof Toetanchamon als tweede
opvolger de tradities willen laten herstellen. Alle herinneringen
aan de ketterkoning werden verwijderd. De naam Toetanchaton, zoals
hij eerst heette en die betekent: "hij die leeft in Aton",
werd verandert in Toetanchamon: "hij die leeft in Amon".
Toetanchamon verrichtte geen grote daden. Toen hij
farao werd was hij erg jong, men denkt ongeveer 9 jaar. Hij stierf
ongeveer 9 jaar later. Hij was te jong om zelf te regeren en Eje,
lid van de koninklijke familie, werd de belangrijkste figuur die
Toetanchamon hielp, samen met Horemheb, de energieke
strijdwagengeneraal. Na de dood van Toetanchamon regeerde Eje enkele
jaren. Horemheb volgde hem op en regeerde ongeveer 30 jaar over
Egypte.
Volgende pagina...
|