Rechts
staat Toetanchamon naast de godin Hathor. Zij was
onder andere godin van Het Westen, beschermster van de Thebaanse
necropolis. Zij begroette de doden als ze in de onderwereld
aankwamen. Op de muur geeft zij leven aan de neusgaten van
Toetanchamon, door het 'anch'-teken van 'leven' bij zijn neus
te houden. In haar linkerhand houdt zij een tweede 'anch'-teken
vast. In haar witte hoofdband steekt het symbool van Het
Westen. Hathor werd soms ook gezien als de moeder van Horus (de
farao), en haar naam ( )
kan worden opgevat als 'huis ( )
van Horus ( ),.
zij was zeer populair in de 18e en 19e dynastie en werd vaak
afgebeeld naast farao's in graven en tempels. Haar populariteit als
dodengodin zou later zo toenemen dat in de Late Tijd een dode niet
'een Osiris' maar 'een Hathor' werd genoemd.
Toetanchamon
staat in een plechtige houding, zoals een farao vaker werd afgebeeld
als hij een tempel naderde met de handpalmen naar achteren.
Hij draagt een zelfde lendendoek als op het tafereel op de
noordwand met z'n Ka. Ook draagt hij sandalen, net als Aï op
de noordwand en de personen die de slee trekken op de Oostwand. Om
z'n hoofd zit de begrafenishoofdtooi Khat, een in de nek
samengebonden sluier, net als Isis en Nephtys op de Oostwand. Dit is
vreemd omdat op de andere wanden alleen nog levende personen,
personen die bij de begrafenis aanwezig waren, witte sandalen
dragen. Daarbij is het ook vreemd dat Toetanchamon hier dan zelf ook
nog een begrafenishoofdtooi op heeft. De betekenis hiervan is
onduidelijk. Zou hij weer levend zijn en zijn eigen begrafenis
kunnen bijwonen? Toetanchamon draagt net als de meeste personen op
de noord- en zuidwand een halskraag. Volgens de Egyptenaren
bezat de halskraag magische kracht tegen vijandelijke machten.
Hoewel ze meestal van faience en soms van goud zijn, werden ze bij
begrafenismalen van natuurlijke materialen gemaakt als bloemen en
bladeren.
Achter
hem staat de Anoebis met de jackhalskop, de god van het
mummificeren. Hij opende de wegen naar de onderwereld. In de
Osirismythe had zijn moeder Nephtis hem verlaten en Isis had hem
groot gebracht. Hij was het die Osiris' lichaam had gebalsemd.
Anoebis bracht de doden ook voor de dodenrechters, voor wie hij het
hart van de doden de zetel van het 'geweten', woog. De rechters
zouden bepalen of de farao geen zonden begaan had in zijn leven. Als
hij onschuldig bevonden werd zou Toetanchamon 'voor eeuwig leven'.
Anoebis heeft zijn linkerhand op de schouder van Toetanchamon
gelegd, alsof hij hem voor Hathor leidt. In zijn rechterhand draagt
hij het 'anch'-teken. Anoebis' rechtervoet laat weer
een Amarna-trekje zien: de tenen, wat al eerder aan de orde
kwam nij de Groep van Negen
op de Oostwand.
Isis
staat achter Anoebis in groetende houding, zoals de godin Noet op de
noordwand. Isis was de moeder van Horus en pleegmoeder van Anoebis.
Zoals zij het lichaam van osiris had beschermd en Horus bijgestaan
in de strijd tegen Seth, zo zou zij Toetanchamon helpen. op haar
hoofd het embleem dat bij haar hoort ( ):
de zetel van osiris.
Drie 'goden van de onderwereld' zitten
gehurkt achter haar en sluiten de schilderingen af. Niet duidelijk
is of ze slechts dienen als afsluiting of ook een betekenis hebben.
Hun bijschriften vermelden in ieder geval alleen hun naam en
verduidelijken hun functie niet.
Boven alle schilderingen op de wanden is een zwarte
strook geschilderd in de vorm van het hiëroglyfenteken voor
'hemel' (
). Zeer toepasselijk. Dit gebruik is al heel oud. In het graf van
Amenhotep II vinden we deze strepen in de vorm van het
hiëroglyfenteken 'hemel' boven de afbeeldingen waarbij de farao
staat afgebeeld voor diverse goden. Boven de complete versies van de
Amduat in de graven van Thoetmozes III en Amenhotep II vinden we ze
ook. De plafonds zijn er ook vol geschilderd met sterren. Ze
symboliseren de nachtelijke hemel, waardoor de farao reist. Alleen
bij het begin op de Oostwand en het eind op de zuidwand zijn deze
'hemeltekens' verbonden met de zwarte horizontale strepen aan de
onderkant van de schildering.
Volgende
pagina... |